Het PrinsBernhard Cultuurfonds vindt zijn oorsprong tijdens de Tweede Wereldoorlog op de Nederlandse Antillen dankzij grootschalige en succesvolle geldinzamelingsacties van het volk van de Nederlandse Antillen voor de bevrijding van Nederland. Na de oorlog gaat het fonds zich toeleggen op de culturele wederopbouw van Nederland op het gebied van wetenschap, kunst en cultuur.

Op 7 augustus 1953, ondertekende Z.K.H. Prins Bernhard de oprichtingsakte van het Prins Bernhard Cultuurfonds Nederlandse Antillen en verwees met grote dankbaarheid naar de gezamenlijke inspanning van het volk die heeft geleid tot de oprichting van dit mooie fonds. Met deze oprichting ‘gaf’ hij het fonds terug aan haar ‘geboortegrond’ en met recht mag het fonds beschouwd worden als het geesteskind van de Curaçaose bevolking.

Het Caribische Cultuurfonds heeft sindsdien meerdere namen gekend, maar heeft vanaf het begin gewerkt met de éénduidige doelstelling om de lokale cultuurontwikkeling van de zes eilanden te (onder)steunen.
Na de staatkundige hervormingen van 10 oktober 2010, is onder de naam Prins Bernhard Cultuurfonds Caribisch Gebied (PBCCG), er bewust voor gekozen om deze éénduidige doelstelling te behouden, en zich te blijven inzetten voor de cultuur­ontwikkeling van alle zes eilanden.

Inmiddels is het PBCCG al 70 jaar dé drijvende kracht achter prachtige cultuur- en natuurprojecten van organi­saties en individuen in het Nederlands Caribisch Gebied. Dit doen zij door onder andere financiële steun (subsidies) te geven aan projecten op het gebied van Geschiedenis & Letteren, Beeldende-, Visuele -, Digitale- & Mode Kunst, Podiumkunsten, Cultuureducatie, Natuurbehoud en Monu­menten­zorg. Onze betrokkenheid gaat verder dan financiële steun; we zien onszelf als ‘partners’ in plaats van ‘helpers’.

Het PBCCG kijkt vol trots terug op 70 mooie en belangrijke jaren en staat met gepaste bescheidenheid stil bij het belang van haar werk. Daarnaast ziet zij al het moois dat het fonds mag versterken en (onder)steunen en kijkt verder naar de toekomst, met hopelijk nóg 70 jaren van mooie samenwerkingen in de culturele sector van onze eilanden.