De levensgeschiedeis van Cola Debrot (1902-1981) is een uitzonderlijk en complex verhaal. Zijn grote betekenis als dichter, criticus, staatsman, Antilliaan en kosmopoliet staat buiten kijf, maar wodt bovendien opgeluisterd door kostelijke anekdotes, kleurrijke vriendschappen, avontuurlijke beslissingen. Als kjind beleefde Debrot nog de nadagen van de koloniale grandeur in het ve4rre West-Indië. Daarna onderging hij het lot van de ontheemding als scholier en student in het kille Nederland. Debrot had het geluk al vroeg in aanraking te komen met het kunstleven in Parijs en Amsterdam en hij speelde daar al gauw een niet onbelangrijke rol in als voorman van de nieuwe literaire groep rond Criterium, en als vriend van Louis-Ferdinand Céline. Debrots terugkeer naar de Antillen viel samen met het begin van het dekoloniseringsproces. Debrot begaf zich in de moeizame worsteling van de sociale en culturele emancipatie van de Anstillen. Enkele jaren later ging hij de politiek in: hij was enige tijd premier en had daarna als Algemeen Vertegenwoordiger van de Antillen in Nederland een belangrijk aandel in de ronde Tafel Conferenties die uiteindelijk tot het Statuut van het Koninkrijk leidden. Tenslotte mondde deze politieke en diplomatieke loopbaan uit in zijn benoeming tot gouverneur van de Antillen. In mei 1969, toen Debrot al openbaar had gemaakt dat hij zijn ambt na meer dan de volle ambstermijn zou neerleggen, vond de tragische brand van Willemstad plaats. Debrot nam onmiddelijk de volle verantwoordelijkheid weer op zich en bleef nog meer dan een half jaar in functie. De laatste jaren van Debrot waren geheel aan de literatuur gewijd, in een zelfgekozen ballingschap in Nederland. De biografie di eJ.J. Oversteegen over Cola Debrot schreef is een monumentale ontdekkingsreis door het bonte leven van een groot kunstenaar en een groot staatsman. Oversteegen heeft met niet-aflatende nieuwsgierigheid en geduld een veelbetekenend facet van de Nederlands-Antilliaanse geschiedenis en van de Nederlandse literatuur ontsluierd.